Het is warm. En het is droog.
Of nee, het is heet en het is kurkdroog.
Zo droog dat de grond begint te splijten, de Rijn niet meer bevaarbaar is en mijn kippen komen toegerend als ik een handdoek uitwring. Het is ook zo heet dat ik onlangs mijn handen verbrandde aan het (normaal gezien koude) kraanwater in het toilet van een trein zonder airco.
Op die dag (van de verbrandde handen) nam ik dus de trein van Brussel naar Oudenaarde. Ik had er een workshop begeleid en keerde terug naar huis. In Oudenaarde stond mijn auto op de parking.
Death Valley wil haar hitterecord terug
Die parking was niet alleen leeg en groot, ze was ook nieuw en heet. Hoe heet? 47 graden. 47 graden. Death Valley belde me om te vragen of ze hun wereldrecord overhitting konden terugkrijgen, zo warm voelt dat. Nog een graad meer en de banden van mijn wagen zouden al smeltend één worden met het zwarte asfalt van de grote, lege parking.
Leuk voor de auto, slecht voor al de rest
Want dat was natuurlijk wat er aan de hand was. De inrichter van de parking (die nog nieuw is) koos voor een volledige asfaltlaag. Pot toe, Keihard, foor heet.
Want zo’n praktische asfaltlaag is dan misschien wel handig voor een auto, het is slecht voor al de rest.
Het ziet er vreselijk uit
De buurtbewoners en de gebruikers van de stationsomgeving hebben het genot om een zwarte woestijn te zien.
Het is nefast voor het bodemleven
Het bodemleven onder zo’n verstikkende asfaltlaag is dood.
Het is heet in de zomer
Bodems nemen warmte op en verkoelen de omgeving, behalve als ze verhard zijn: dan verergeren ze de hitte en koelt het ‘s avonds trager af.
De kans op wateroverlast stijgt
Als er veel regen valt op korte tijd (en die kans neemt steeds toe) dan kan het water niet opgenomen worden en zoekt het haar weg naar kelders en woonkamers.
Het grondwaterpeil staat onder druk
Als water nergens kan insijpelen dan hebben we er weinig aan, het stroomt naar zee zonder dat we ervan kunnen drinken of onze planten mee kunnen gieten
Soft parking
Er is nochtans een prima alternatief. Leg een groene parking aan. Met ruime boomspiegels, wilde bloemenperken en halfdoorlatende stukken waar auto’s rijden. Behalve dat auto’s er nog steeds prima kunnen parkeren, zorg je er zo voor dat
Buurtbewoners uitzicht hebben op groen
De buurt koeler wordt
De biodiversiteit stijgt
De kans op overstromingen afneemt.
Er een buurtfunctie wordt gecreëerd als de parking leeg is
Zo dragen we bij aan zowel klimaatmitigatie (het verlagen van de impact op het klimaat) als adaptatie (zorgen dat we ons aanpassen aan de gevolgen van klimaatverandering)
Als de NMBS een goede buur en een duurzame onderneming wil zijn dan stopt ze met het aanleggen van asfalt-woestijnen en gaat ze voor soft-parkings. Ga van parking naar park en creëer zo een relatie met mensen in plaats van met auto’s.
Wannes Van Giel
Groei en duurzaamheid hand in hand?
Wij helpen je verder met advies op maat en actiegerichte campagnes.